Bewoner - Yana

Yana Borkovska


Yana Borkovska vluchtte met haar dochter uit Kiev


Bijna twee jaar geleden kreeg het voormalig hotel-restaurant De Lantscroon in ’s-Heerenberg een nieuwe bestemming. Een rijksopvanglocatie waar Stichting Montferland Helpt plek biedt aan Oekraïense vluchtelingen. Een warme, veilige plek voor moeders met kinderen en ouderen. Yana Borkovska (31) is een van hen. Ze vluchtte met haar dochter en zus. “De gastvrijheid is hartverwarmend. Ik probeer er het beste van te maken, maar mis ook mijn man en het leven wat ik daar had.”


Na de invasie van de Russen op 24 februari 2022 komt een enorme vluchtelingenstroom van ruim 8 miljoen Oekraïners op gang. De grootste ooit na de Tweede Wereldoorlog.

’s-Heerenbergenaar Fons van Pul kreeg al snel de vraag van kennissen uit Polen en Roemenië of hij iets kon betekenen in de opvang van de vluchtelingen. De opvangcentra daar waren overvol. Met zijn vrouw Mies richtte hij Stichting Montferland Helpt op. Er was voldoende plek in De Lantscroon, dat hij al eerder privé had aangekocht ten behoeve van opvang. Rekening houdend, dat de groep uit oorlogsgebied komt en getraumatiseerd is, stellen ze via hun netwerk een medisch team samen. Met een medisch adviseur, voormalig huisarts en een psychiater. Maar ook vrijwilligers die de stichting ondersteunen. Naast onderdak wordt er scholing en begeleiding bij werk/dagbesteding geregeld. Op 8 april 2022 arriveren twee bussen met vluchtelingen aan de Molenpoortstraat. Een emotionele dag voor iedereen. Een deel van hen heeft dan al een tijdlang ondergronds geleefd en door het oorlogsgevaar tijdenlang nauwelijks geslapen. Yana stapt uit een van die bussen, met haar vijfjarige dochtertje Lada en haar jongere zus.



“De gastvrijheid is hartverwarmend, maar ik mis mijn leven in Oekraïne”


Muziek verbindt

In de grote ruimte van het historische pand aan de Molenstraat staat een piano in de hoek. Daar wordt door de bewoners regelmatig op gespeeld. Muziek verbindt, zorgt voor vrolijkheid en is troostend. Tijdens het interview, dartelen twee kleine meisjes door de eetzaal. Een van hen is Lada. Moeder en dochter lijken op elkaar: tenger, lange blonde haren en een rustige, sterke uitstraling. Later vertelt ze dat haar dochter steeds meer Nederlands spreekt en graag naar school gaat. Yana: “Ik volg nu lessen bij de taalschool in de bibliotheek, want ik versta wel wat Nederlands maar wil het beter leren spreken. In Kiev was ik docent Engels, dus ik houd van taal.”


Gedwongen vertrek

Aan de lange houten tafel, blikken we terug op de afschuwelijke tijd in Kiev. “Ik wilde niet weg van onze vertrouwde plek waar ik gelukkig was, maar kon niets anders dan vluchten voor onze veiligheid. Ik heb wekenlang met Lada en mijn zusje in een hotel tegen de Poolse grens aan gewoond. Honderden kilometers van Kiev. Mijn man Vladislav bleef achter en woonde in het huis van zijn ouders, daar was ook een parkeerkelder waar hij kon schuilen. Hij werd niet opgeroepen om te vechten, maar heeft wel een tijdlang als vrijwilliger voedsel en medicijnen rondgebracht. Daarna werkte hij als drone-instructeur en leerde soldaten drones te bedienen.”

Niet te beschrijven angst

Geëmotioneerd: “Ik kan niet uitleggen hoe het voelde om hem achter te laten, maar ook mijn ouders. Ik ben zo ongelooflijk bang geweest. We sliepen ’s nachts bijna niet en we hielden onze kleding aan. Ik volgde al het nieuws en ik probeerde met het thuisfront in contact te blijven. Er zijn periodes geweest van zware bombardementen, dat ik hen niet kon bereiken. Die angst is bijna niet beschrijven, dat is traumatisch. Bij ieder alarm dat je hoort, schiet je hartslag omhoog en zoek je een veilige plek. Altijd had ik water, eten en speelgoed voor Lada bij me. Ik wist immers niet hoelang het zou duren. Als ik terugkijk op die periode, was er een soort mist in mijn hoofd. Ik kon me niet meer concentreren en zelfs niet lezen wat ik anders graag doe. Ik was niet bezig met de toekomst, maar alleen met hoe de dag zou verlopen.”


Vlucht naar Polen

“Al die tijd heb ik gedacht, dat ik weer terug kon naar Kiev. Dat de oorlog snel zou eindigen. Toen de Russen zich terugtrokken uit Kiev, voelde ik me rustiger worden. Kort daarna kon ik naar Polen en werden we vlakbij Krakau opgevangen door een hele lieve familie. Dat is de eerste nacht geweest, dat ik weer in mijn pyjama gewoon heb kunnen slapen.  Vervolgens kon ik een maand terecht in een vakantiehuisje van een andere vrijwilliger. We zijn zo enorm geholpen. Mijn grootvader is Pools en het voelde toch een beetje als thuis. Tot we daar ook niet konden blijven. Ondertussen waren de zorgen om mijn ouders en man groot. Veel huizen waren verwoest en er werd willekeurig op mensen geschoten. Wat als hen wat zou gebeuren? Ook kreeg ik toen het besef, dat deze oorlog nog weleens heel lang kon duren. Ik heb zo gehuild. Ik wilde terug naar ons huis, mijn gelukkige gezin en mijn werk. Met mijn ouders en zusje bij me in de buurt. Gewoon weer samen net als toen. Dat blijf ik hopen.”


Lesgeven & werk bij Bergh Special Products

“Niet veel later is mijn moeder naar Nederland gekomen. Als ik werk past ze op mijn dochter. Ik heb op de Galama school lesgegeven aan Oekraïense kinderen van 4 tot 12 jaar. Dit stopte, omdat ze sinds dit schooljaar in reguliere klassen zitten. Daarnaast doceerde ik Engels aan jongeren in een Internationale Schakelklas (ISK) op het Metzo College. Dat is helaas gestopt. Nu werk ik met veel plezier bij Bergh Special Products in ’s-Heerenberg waar ik jasbeschermers voor rolstoelen maak. Daarnaast ben ik ’s avonds beveiligingsmedewerker bij De Lantscroon. Mijn zusje is pasgeleden teruggegaan naar mijn vader in Kiev. Ze had enorme heimwee en kon haar draai in Nederland niet vinden. Er zijn nog een paar bewoners teruggekeerd naar Oekraïne. Tussendoor ben ik een keer terug geweest. Het was heel fijn om daar te zijn, maar vreselijk om te zien wat een ravage er is aangericht. De Russen hebben zich teruggetrokken, maar er zijn nog steeds raketaanvallen en het is dus niet veilig.”


Verbonden met elkaar

“In ons huis zijn er ongeveer 70 bewoners waaronder 24 kinderen in de leeftijd van 2 tot 18 jaar. Ieder van ons heeft een andere achtergrond: van fabrieksarbeider, docent, journalist tot advocaat, We regelen veel dingen met elkaar, zoals koken en schoonmaken. Ook zijn er vrijwilligers die bijvoorbeeld meegaan naar een doktersafspraak of het ziekenhuis. Vanuit de stichting is er altijd ondersteuning voor alle vragen die we hebben. We zijn onderling zo verbonden. Kennen elkaars verhalen en delen ook mooie momenten, zoals de Sinterklaas- en Kerstviering. Rond kerst hebben we appeltaarten naar Oekraïens recept gebakken en rondgebracht in de buurt. Dit werd zo leuk ontvangen. Het eerste jaar dat ik hier was, dacht ik niet na over de toekomst. Nu weet ik, dat het nog lange tijd gaat duren en wil ik in Nederland ons bestaan zo goed mogelijk opbouwen.”Nieuwe alinea

Share by: